Vijfentwintig jaar bij dezelfde baas. Een hele prestatie. Er wordt een feestje gegeven, een receptie. En alle mensen waarmee we samenwerken en samengewerkt hebben worden uitgenodigd. We staan stil bij de achterliggende kwart eeuw. Er is veel gebeurd en de aanwezigen praten daarover. We vieren dat verbond met collega’s.

Vijfenzestig jaar worden. Een hele mijlpaal in het leven. We geven een feestje voor alle familieleden en vrienden. Wij kijken terug op de afgelopen jaren en kijken vooruit naar wat voor ons ligt. Een zee van mogelijkheden ligt nog voor ons. We vieren het verbond met het leven met onze dierbaren.

Mijlpalen en keerpunten in het leven worden gevierd met de mensen van wie we houden, met wie we een verbond gesloten hebben. Dat klinkt deftig: een verbond gesloten. Maar elke relatie met anderen is een soort verbond, een verbond van vertrouwen en geloof in elkaar.
God heeft een verbond gesloten met mensen. We lezen dat in de oude verhalen van de bijbel. Dat verbond willen we af en toe ook vieren, als we gedoopt worden, als we de eucharistie vieren, als we gevormd worden, als we een huwelijk aangaan. Steeds weer wordt dan dat verbond met God naar voren gehaald.
In het verhaal van vandaag sluit God opnieuw een verbond met ons. In de vorm van een bruiloftsverhaal lezen we dat God zich aan zijn verbond houdt, ook al loopt het niet zoals verwacht. Jezus, die hier voor het eerst in de openbaarheid komt, stuit op een probleem. Er is geen wijn. Dat probleem wordt aan Jezus voorgelegd. En op zijn aanwijzingen, door zijn inbrengt, wordt het probleem van de wijn opgelost.
Dat verhaal staat symbool voor ons leven. Ons leven staat onder het verbond met God, wij zijn zijn kinderen. Maar het gaat niet altijd zoals we willen of verwacht hadden. De sleur komt erin, het leven wordt een alledaags gaan en komen van mensen. De vreugde is eruit. Door teleurstellingen, door verdriet, door afscheid, door ziekte. Het leven is dan geen feest meer, maar een vlakke woestijn. De wijn die bij het feest hoort is op.

Maar er is een keerpunt mogelijk. We hoeven niet te blijven zitten in droefenis en verdriet. Het leven kan weer een feest worden, er kan weer wijn op tafel staan. Als we ons leven richten op God, op zijn verbond. Wanneer wij vol vertrouwen ons leven neerleggen in Gods hand, als we ons verdriet en onze teleurstellingen in het licht van God plaatsen; als we in de voetsporen van Jezus gaan staan; dan is er een mogelijkheid op nieuwe toekomst, op nieuwe wijn. 
Zoals Jezus hier in dit wonderverhaal er voor zorgt dat het feest niet als een nachtkaars uitgaat, maar er voor zorgt dat het feest kan doorgaan; zo kan hij ook in ons leven weer de vreugde terug brengen. Ons geloof in God, onze liefde voor mensen, maakt het mogelijk om dat keerpunt te ervaren. Daar waar we open staan, open oren en open ogen hebben, voor onze werkelijkheid, voor onze omgeving, is dat keerpunt in zicht.
En daar hebben we anderen voor nodig. Dat kunnen we niet alleen, dat kan God niet alleen. God kan alleen zijn verbond blijven sluiten, samen met zijn mensen. Daarom is het goed om dat verbond af en toe te bevestigen. Het verbond met onze dierbaren gedenken we tijdens verjaardagen, tijdens jubilea, tijdens bruiloften. Het verbond met God sluiten we steeds weer opnieuw als we deelhebben aan de eucharistie, als we samenkomen in Gods naam.
Toen ik na ruim dertien jaar ontslag nam bij de school waar ik werkte, wilde ik eigenlijk geen feestelijk afscheid. Maar iemand zei me: je moet de ouders en de kinderen ook wel de gelegenheid geven om afscheid van je te nemen. En dat is ook met verjaardagen zo. Het is goed om anderen de gelegenheid te geven dat verbond tussen jullie opnieuw te beleven.

En dat brengt ons bij de vraag aan ons gesteld: zijn wij ons bewust van het verbond dat we hebben gesloten met de ander, met God?