Korte inleiding bij Johannes 11,1-45 
Vandaag het Lazarusverhaal over de geloofsgroei van Marta. De dialoog tussen Jezus en Marta (verzen 2l-27) staat immers in het centrum van het evangelieverhaal van deze zondag, niet alleen letterlijk, maar ook naar de betekenis.
Marta heeft vertrouwen in Jezus, daarom gaat zij hem tegemoet: ‘Heer, als Gij hier waart geweest… Maar zelfs nu weet ik, dat wat gij ook aan God vraagt, God het u zal geven’ (vv.2l-zz). Jezus beantwoordt dat vertrouwen met een belofte: ‘Uw broer zal verrijzen'(v. 23). 

Toch een soort dubbelzinnige uitspraak: Marta ziet er slechts de bevestiging in van het geloof dat zij met vele joden deelt, namelijk dat de rechtvaardigen zullen verrijzen op het einde der tijden (v.24).
Jezus bedoelt echter veel meer.
‘lk ben de verrijzenis en het leven’, zegt Jezus, wie in mij gelooft, leeft, ook al is hij gestorven… Gelooft gij  dit?’ 
En Marta antwoordt: ‘Ja, Heer, ik geloof vast dat gij de Messias zijt, de Zoon Gods, die in de wereld komt’ (vv. 25-27). Daarmee spreekt zij een volledige geloofsbelijdenis uit en ‘verrijst’ zij zelf tot ‘eeuwig leven’- het waarachtige, volle leven. 

Precies tot dat geloof en tot dat leven wil de auteur van het vierde evangelie ook ons brengen: ‘Deze (tekenen) zijn opgetekend, opdat u zult geloven dat Jezus de Messias is, de Zoon Gods, en opdat u door te geloven leven zult bezitten in zijn naam’. (Joh. 20,31). 

Jezus ontkent de opstanding van de doden niet, integendeel. Maar Hij verlegt wel de klemtoon. 
Het voornaamste is niet het biologische leven of de verrijzenis van het lichaam. 
Het essentiĆ«le is, dat Jezus zelf het ware leven is en dat Hij het schenkt aan wie in Hem gelooft. Wie in Jezus gelooft, ontvangt – nu al – het ware leven. Aan dat leven kan zelfs de dood geen einde maken. 
Dat Lazarus opstaat uit zijn graf waaraan Marta deel heeft gekregen, en met haar allen die in Jezus geloven.
Door dat geloof wordt God verheerlijkt, en die verheerlijking was het doel van heel het gebeuren (zie 1I,4.15.40.42).
Openen we ons voor het evangelie van Johannes.